<body><script type="text/javascript"> function setAttributeOnload(object, attribute, val) { if(window.addEventListener) { window.addEventListener('load', function(){ object[attribute] = val; }, false); } else { window.attachEvent('onload', function(){ object[attribute] = val; }); } } </script> <div id="navbar-iframe-container"></div> <script type="text/javascript" src="https://apis.google.com/js/platform.js"></script> <script type="text/javascript"> gapi.load("gapi.iframes:gapi.iframes.style.bubble", function() { if (gapi.iframes && gapi.iframes.getContext) { gapi.iframes.getContext().openChild({ url: 'https://www.blogger.com/navbar.g?targetBlogID\x3d8206802\x26blogName\x3dWeblog+Rowwen+H%C3%A8ze\x26publishMode\x3dPUBLISH_MODE_BLOGSPOT\x26navbarType\x3dBLUE\x26layoutType\x3dCLASSIC\x26searchRoot\x3dhttps://rowwenheze.blogspot.com/search\x26blogLocale\x3dnl_NL\x26v\x3d2\x26homepageUrl\x3dhttp://rowwenheze.blogspot.com/\x26vt\x3d6023269949666576423', where: document.getElementById("navbar-iframe-container"), id: "navbar-iframe" }); } }); </script>



06 april 2004

Aiaaaaaaiai….

“En als Jan-Willem nou even ‘Zondag in het Zuiden’ meezingt in de eerste set, even voor lul staan zeg maar, dan durft de rest ook wel mee te doen….” Zo vernam ik de snode plannen die de band met mij voor had. Fronsend las ik het mailtje, dat ik als CC kreeg toegestuurd, nog eens over, en met name de datum viel mij op: 1 april. ‘Kijk’, dacht ik, ‘dat is een leuk grapje’, maar de volgende avond in Koudekerk bleek al snel dat het geen grap betrof. Voor het bekende aftellen werd mij vanaf het podium te verstaan gegeven dat ik vooral maar even moest oefenen, anders werd het zondag niets…. “En van je één, twee…”

Thuisgekomen meteen maar even ‘Alles wat ik schreef’ uit de kast getrokken, je weet het tenslotte nooit, pagina34 opengeslagen. Ik besef me dat dit een nummer waar zelfs meneer Poels af en toe de mist mee in gaat, en die zingt het net iets vaker dan ik. Een omvangrijke knoop ontstaat in de onderbuik. Aiaaaaaaiai….

Op zaterdag 3 april, in Beverwijk, volgt bij het aftellen alweer de hint vanaf het podium om maar vooral maar “goed te oefenen JW…” Als er al twijfels waren over het waarheidsgehalte van het bandverzoek, verdwenen deze nu als sneeuw voor de zon. Zes paar ogen keken mij grinnikend of eigenlijk meer meelijwekkend aan. Er is geen weg meer terug. Aiaaaaaaiai…

Zondagmorgen 4 april. We rijden al vroeg naar Tilburg. Uit de oordopjes van mijn MP3-speler schalt een live-versie van ‘Zondag in het Zuiden’ en mijn medereizigers (Mariëlle, Erwin en de wel zeer rustige Eveline) laten mij wijselijk met rust. Zachtjes spreek ik de tekst uit en begin te vrezen met grote vrezen: Dat refrein ga ik er echt niet uit krijgen. Naast de knoop is er een ook een vaag, latent aanwezig en zeurderig gevoel achter in mijn hoofd. Het Aiaaaaaaiai…. neem een mantra-achtige vorm aan.

Misschien een teken van hogerhand, maar een zeer welkom signaal is het feit dat de koffie in 013 net op is, alle reden dus om maar een biertje te nemen en de zenuwen iets af te vlakken. De deuren gaan open en de mede-fans stromen binnen, ik knik hier, knik daar, zeg mensen gedag en hoop dat ze mijn trillende linkeronderbeen niet in de gaten krijgen. Meindert en Mike van de crew fluisteren me grinnikend toe of ik nog behoefte heb aan een aparte soundcheck. Ik voel me hierdoor niet echt beter. Gelukkig eerst twee rustige interviewsessies om te ontspannen. In mijn achterhoofd sta ik al achter de coulissen.

Wanneer ik me dan achter de zwarte vitrage naast het podium meld bij Rudy, duwt deze me nonchalant een handheld microfoon in de handen. Het uur ‘ZihZ’ nadert, maar voordat het zo ver is wordt de handheld nog vier of vijf keer gecontroleerd op batterijen en verborgen aan- en uitknopjes, niet alleen door Rudy, maar ook nog door Mike. Ze besluiten uiteindelijk om me maar een ander te geven. Dit helpt niet echt jongens. Aiaaaaaaiai…

Dan is het zover, ondanks de knoop, trillend onderbeen en uitvoerig gecontroleerd materiaal heb ik nog steeds niet de neiging om weg te vluchten en loop met grote stappen het podium op. De zee van licht is in eerste instantie verblindend en ik zie Jack praten, maar hoor hem niet, zouden van zenuwen je oren dicht kunnen klappen?Wat is die zaal groot…. Laat ik die microfoon maar even proberen…. Geen sjoege… Ik kijk schichtig naar rechts, gebaar onopvallend (denk ik) en hoop dat de crew net zo snel is met een nieuwe microfoon als dat ze met Jack z’n gitaren zijn. Rudy hobbelt snel het podium op, voorziet me van een nieuwe handheld en de zondag kan beginnen….

Gelukkig beloofde Jack me eerder om samen in te zetten en de hardste ‘Aiaaaiai’s’ voor zijn rekening te nemen. Hèèèl in de verte hoor ik iets dat op mijn stem lijkt, maar mijn gevoel geeft me in dat het de juiste manier is. Langzaamaan vallen de zenuwen weg en geniet ik met volle teugen van de - nog steeds meelijwekkende – brede glimlachen op de gezichten van de bandleden, maar ook van de luidkeels meezingende zaal. Niks geen “ik liep wat verdwaald op en neer” want de beentrillingen zijn nog niet geheel verwenen, opletten dat je de banaan of een ei “allebei’ pakt en de eerste ‘Aiaaiaaai’ is in aantocht.

Het lijkt probleemloos te gaan, maar misschien denkt de zaal hier anders over? Haegens houdt me nauwlettend in de gaten, Martîn knikt goedkeurend en ook Theo lijkt zich te verbazen over de vocale indringer op het podium. Het aanbod om Tren’s accordeon even over te nemen sla ik beleefd af, maar probeer wel onverhoopt Jan z’n bas afhandig te maken, maar die houdt ‘m net iets te stevig vast. Nog even scherp blijven: de regen die schreef z’n verhaal op ‘de’ raam.

Na het solo-rondje en nadat het Rowwen Hèze logo het graanveld is ontstegen, is het leed geleden en voordat ik het besefte was ik alweer op een holletje naar de interviewruimte voor de derde sessie. Zonder trillend been, zonder knoop in de buik, zonder koppijn en dorstig. Business as usual. Aiaaaaaaiai…